Welkom op het blog van Moeders zonder Grenzen

Welkom op het blog van Moeders zonder Grenzen
TWEE RARE FAMILIES BIJ ELKAAR.....!!! WAT EEN FEEST.....

donderdag 28 juni 2012

Een mooie dag vandaag....of toch niet?!

Ha Esther, Een tijd lang heb ik me ingehouden. Hoewel ik geen piepkuiken meer ben, denk ik toch vaak; ‘later als ik groot ben’. Ik stel me dan voor dat ik ooit een mevrouw word, met het haar altijd goed in model in plaats van heel wild, vooral als het regent, met de administratie helemaal op orde in overzichtelijke mapjes en met alle kleren op kleur gesorteerd in de kast. Ik heb een rommelige aard en ik heb vreemde hobbies; ik heb namelijk een passie voor aardewerk, van roze Engelse roosjes tot bonte Arabische schalen en van oranje jaren zeventig vazen tot van die dikke bruine Franse geglazuurde schalen. Ebel lijkt op mij, maar zijn passie is – zoals je weet – Disney video’s. Ooit was dat een prijzige hobby, maar tegenwoordige kost het letterlijk nog een paar centen. We gaan dus vaak naar rommelwinkels, rommelmarkten en andere vage plekken om te speuren, te zoeken en te scoren. Ik had in de loop van de jaren hele stapels aardewerk verzameld en die stapels had ik in een mooie kast met glazen deuren gezet. Voor elke taart, salade, tapas en wat je maar voor lekkers kunt verzinnen had ik wel een schaal en leuke bordjes. Een jaar geleden moesten we de kast een tikje verschuiven. Die kast was natuurlijk loodzwaar en tjokvol en bij de eerste centimeter die we schoven gebeurde het, met een oorverdovend geraas stortten de planken in en al het aardewerk eraf. Ik was eerst verbijsterd, moest toen lachen, en voelde daarna een vreemde opluchting. Wat moest een mens ook met al dat aardewerk? Toen uiteindelijk juist mijn lievelingsschalen nog heel bleken, repareerden we de kast en zetten daar die paar schalen in. Het is genoeg geweest, dacht ik en ik nam me voor geen schaal, bordje, vaasje of kopje meer te kopen. Het leek me een eerste stap op weg naar een efficiënte mevrouw worden. Het eerste half jaar ging het heel goed. Ik kom zeker drie keer per week met Ebel ergens in een tweedehands zaakje en mijn zelfbeheersing grensde aan het ongelooflijke. Na een half jaar zette ik mijn eerste faux pas met een beschilderd tegeltje van een ezeltje. Ik zette het in de keuken en ik was er zo blij mee. Het ging me zoals elke verslaafde, ik liet de teugels vieren en daarmee was ik verloren. Ik kocht twee weken geleden drie Franse schalen met enorme rozen erop en vandaag zag ik een groot bord met paarden en vogels erop, van een van mijn favoriete merken, Villeroy en Boch, met negen bijpassende schoteltjes. Je snapt wat ik gedaan heb. Ebel en ik kwamen thuis, Ebel met een video van de Aristokatten en ik met die borden. Ik keek in de spiegel in de hal en zag ons beiden. We leken heel erg op elkaar, met wild haar, onze schatten onder de arm en een gelukkige grijns op ons gezicht. Ik ging thee zetten, de borden heel goed afwassen en daar dan een grote plak cake op leggen. Het is een mooie dag vandaag! Hé Willemien, Het is een mooie dag vandaag! Daar eindig jij je verhaal vandaag mee. Ik begin met jou einde, het is bijna een inkopper. Het is hier namelijk hélemaal géén mooie dag. Ja,het gras is groen, soms zelfs groener dan dat van de buurman en de zon schijnt. Maar verder… Wat een K&*T-dag! Joris zit naast me ik voel zijn hete adem in mijn nek. Zijn mond is geen 5 minuten dicht,hij bemoeit zich met alles wat ik zeg en zelfs als het niet voor hem bedoeld is en hij het niet verstaat zegt hij hard “Wat zeg je?” Razendgek word ik ervan. Hij beweegt ongecontroleerd zijn hoofd en hipt soms van zijn stoel omhoog. Hij duwt ook zijn arm af en toe in een tic-achtige beweging de lucht in. Hij friemelt, bijna dwangmatig, aan een lelijk plekje aan zijn neus wat maar niet wil verdwijnen juist omdat hij er steeds aan zit. Ondertussen eet hij niet en wijkt niet van mijn zijde. Zoiets! En ik?? Ik heb het helemaal gehad. Ik hoef je niet te vragen of je het gevoel kent… ik weet dat jij het kent. Ik weet ook dat dit de momenten zijn die groots overkomen bij anderen. Mensen schrikken ervan als je sommige dingen hardop zegt en weer anderen vinden je gewoon ‘stom’ als je dat doet. Dát zeg je toch niet over je eigen kind?!?!? Weet je nog,ons boek? Wij hadden alle twee een nogal grafische scene. Jij duwde Ebel in een ravijn,ik duwde Joris van de trap. En al onze problemen waren zomaar ineens weg…Zoiets. Zo fijn. Wát een reacties lokte dat uit… Maar wat vonden wij dat doodnormaal. Dachten anderen dat dan écht nooit?? Dat vonden wij nou juist gek. Nou ja,vonden. Wij vinden dat. Ik heb vandaag weer zo’n dag. En nee,ik zal echt niet duwen. Maar ik geef toe,het is er weer één die het slechtste in me boven haalt. Mijn lontje is superkort en ik ben écht hélemaal niet aardig tegen Joris en dat voelt hij. Hij kijkt me met die bruine ogen soms zelfs een beetje angstig en schuldig aan maar vandaag doet me dat gewoon even niks. Mijn kind is oer-en oervervelend en ik ben hem helemaal zat! Zo!! Jij begon je verhaal met: “Een tijd lang heb ik me ingehouden” Ik eindig met jou begin. Ook ik heb dat gedaan. Mijzelf inhouden. Zélfs nu doe ik dat want ik wil eigenlijk nog veel meer zeggen over veel meer mensen maar dat doe ik niet. Ik ga het ook weer doen, me inhouden. Echt wel. Dat moet. Maar nu nog even niet! GROM!!!

donderdag 21 juni 2012

Voetballen en 'onze jongens'

Hé Willemien, Al veertien jaar lang ben ik op mijn hoede bij schuttingen, muurtjes, heggen, lage obstakels en vijvertjes of water. Alles, maar dan ook alles wat Joris in zijn handen heeft moet gewoon over zo’n grens heen. Het lijkt wel een beetje dwangmatig. Nou ja, lijkt? Het is dwangmatig! Ik weet niet hoe ik het moet doorbreken, op moet lossen of kan veranderen. De kracht zit hem in de herhaling, dat is een uitspraak die ik al vaak heb gehoord. Oh my, ik zit al veertien jaar in die herhaling van doorbreking maar er gebeurd weinig. Nou ja, da’s op zich natuurlijk wel weer een teken van kracht. En al 14 jaar lang gaat het zo, noem dat maar eens géén doorzettingsvermogen!! Maar ik? Ik word er knotsknettergek van. Sophie ook. Vanmiddag spelen ze samen in de tuin. Nou ja, Sophie speelt met een bal. Ik vind nog steeds dat ze op voetbal moet. Ze heeft een enorm (voet)bal gevoel en ze is gewoon ook een ‘echt voetballertje’. Als ik Sophie zou moeten uittekenen, hoe ze er over een paar jaar uit zal zien zal men denk ik zeggen ‘Een stoer wijf met een klein hartje’. Net zoiets als haar moeder? Maar Sophie wil niet op voetbal. Ze zit op tennis en al heeft ze minder (tennis)bal gevoel ze heeft er plezier in en daarom blijft ze erop. Zo gaat dat. En daar gaat het ook om. Om plezier! Maar vanmiddag dus in de tuin met die bal. Ze neemt even een pauze, de EK-ijsjes uit de vriezer roepen haar,die mogen wel op nu tenslotte. Ze laat de bal, achteloos, liggen. STOM!!!! Eigenlijk doet Sophie dat nooit, ze kent haar broer inmiddels maar vandaag dus wel. Joris ziet de bal en rommelt er wat mee. Sophie ziet dat ook en waarschuwt hem nog redelijk temperamentvol “Als je die bal weggooit dan doe ik je wat!!!!!!”. Ik zie het ook en roep, bijna op de automatische piloot, “Geen ballen over de schutting of over het dak”, maar bij mij komt het het er een stuk minder krachtig uit. En terwijl onze woorden nog halverwege in de lucht hangen vliegt de bal over de schutting, naar de buren. Ik zucht diep. Sophie is woest. Wij worden er gek van!! Sophie kijkt naar mij en ik kijk naar haar. Haar ogen spuwen vuur, de mijne stralen hopeloosheid uit. Gelukkig kent onze buurman het ritueel. Braaf gooit hij de bal weer terug. Net zoals ik al braaf veertien jaar lang roep: “Niet doen”. De beste tip kwam laatst van iemand die zei: “Misschien moet je niet meer steeds de nadruk leggen op wat hij NIET mag maar belonen wat hij goed doet”… En ze meende het. En het was écht goed bedoeld, maar duh!!!! Ik word hier doodmoe, kotsziek, afgemat en keikapot van het positief doen. Ik hou me in, laadt mijzelf weer op en stort weer in. Ik troost, ik straf en ik help. Ik anticipeer en ik houd rekening met. Ik ben moeder én vader tegelijkertijd en ben verantwoordelijk voor alle beslissingen hier in huis. Ik vecht als een leeuw, ik huil als een wolvin… Wat ik eigenlijk wil zeggen is misschien wel dat Joris maar moet blijven gooien. Grenzen moet blijven ontdekken. Dan kan ik lekker héél hard en héél boos en héél negatief roepen: “NIET DOEN!!!!”. En ook al helpt het niet, het lucht wel op! En Sophie?! Sophie heeft hem niets gedaan, ze kent haar broer immers. Ze mocht wel het grootste ijsje uitzoeken! De kracht van herhaling? Wij hebben het uitgevonden!! Ha Esther, Joris weet die bal tenminste precies over die schutting te mikken. Daar kunnen ‘onze jongens’ nog wat van leren. Ze konden in drie wedstrijden maar èèn mager keertje het net vinden terwijl ze stuk voor stuk salarissen verdienen waar elk PGB gezin alleen maar van kan dromen. Het Nederlands elftal heeft de kracht van de herhaling niet vastgehouden, ze hebben hun talenten van twee jaar geleden laten overschaduwen door hun ego’s, door gemakzucht en door een gebrek aan werkelijk doorzettingsvermogen. Wat dat betreft kunnen ze nog wat van Joris, Sophie en jou en van ons gezin leren. Mooi idee, vind je niet? Het eerstvolgende trainingskamp is niet in Lunteren of in een lekkere Turkse badplaats, maar drie dagen bij jou thuis en drie dagen bij mij thuis. De laatste dag mogen ze met onze zonen samen een boodschapje doen. In deze trainingsweek krijgen de heren van Joris en Ebel een keiharde les in doorzetten, tegen de stroom in zwemmen en in heel hard je kiezen op elkaar moeten zetten omdat het weer niet zo gaat als je zo graag wilt. Ze zullen leren dat hun geduld oneindig veel groter is dan ze ooit vermoeden, ze zullen merken dat incasseringsvermogen rekbaar is als het taaiste elastiek en ze zullen keihard ondervinden hoe het is als je het gevoel hebt dat je echt niet meer kan en toch door moet gaan. Laat Joris maar gooien met alles wat hem in handen gegeven wordt en laat ze daar maar achteraan lopen, de hele dag door en drie dagen lang. Ik weet zeker dat ze daarna in een wedstrijd met achtentwintig kansen daar niet over zeuren, maar gewoon de negentwintigste, dertigste en eenendertigste kans er in knallen. Na Joris komen ze drie dagen bij Ebel die ze non stop gaat vragen of hij vrijdag vrij is, wat hij dan gaat eten en of mama ’s avonds wel thuis blijft. Al die dagen moeten ze doorbijten, vriendelijk en optimistisch blijven want als ze hun geduld verliezen en niet voor de duizendste keer lief antwoorden, volgt er een zo grote verdrietaanval dat ze zichzelf op de maan wensen. Na die drie dagen lijkt een wedstrijd tegen een tegenstander die nooit opgeeft een eitje en zullen ze scoren vanuit elke invalshoek, want dat hebben ze ondertussen bij ons wel geleerd. De laatste dag gaan ze met Ebel en Joris naar buiten om te ervaren hoe het leven is als er niet af en toe eens iets lulligs over je in de krant staat, maar als er elke dag wel iemand is die negatief reageert, die kort door de bocht en onvriendelijk is en een kind afsnauwt alleen maar omdat het anders is. Na die week gaan onze jongens terug en het zal nog even duren voordat ze in de bus durven zeggen wat ze er echt van vonden en wat ze werkelijk geleerd hebben. Misschien durven en kunnen ze het niet eens hardop zeggen, maar we zullen het zeker zien als ze in de finalewedstrijd in 2014 op vleugels van geluk spelen en ons hele land daarin mee nemen. En als heel Nederland juicht en geniet, weten jij en ik welke wijze les ons elftal zo sterk en gelukkig maakt. Dat zijn ze omdat ze na die week met Ebel en Joris weten hoe rijk je bent, zelfs als voetballer, als je kinderen gezond zijn en je niet zo hoeft te leven als jij en ik. Ik laat je wel even weten wanneer de KNVB belt om de trainingsweek te boeken en dat betekent dat jij en ik voor het eerst in respectievelijk veertien en zeventien jaren drie dagen vrij zijn. Waar wil jij heen? Lunteren of de Turkse Riviera?

zondag 3 juni 2012

Wolkentaarten en picknickkleedjes

Ha Esther, Drukke tijden in huize Vereijken. Frances ploegt zich dapper door haar examen met buikgriep en al, dat kon niet ongelukkiger uitkomen. Vandaag het laatste CE en dan kunnen we alleen nog maar duimen. In dit soort tijden zoek ik naar een manier om mijn gezin optimaal te steunen. Dan bedenk ik meteen weer dat ik mezelf in veel opzichten een geluksvogel vind. Ik ben opgevoed door een moeder die elke dag weer met plezier stond te koken en ging vaak eten bij oma’s en tantes die ook met veel plezier kookten. Beroemd waren de weken waarin mijn moeder experimenteerde met nieuw gerechten, vooral de Actie Beter Toetje kan ik me nog goed herinneren. Nu ik mijn dochter wil laten voelen dat ik meeleef, biedt het koken me daarin een prachtig middel. En er is nog eens geen enkele tijd van het jaar waarin ik zo graag kook als juist in het voorjaar, met asperges, bleekselderij, nieuwe aardappeltjes, aardbeien en zelfs de eerste abrikozen. Ik verheug me er elke dag op om weer iets lekkers te bedenken en uit te voeren. Zelfs op de twee dagen dat ze echt beroerd was, kon ik met een verse kippensoep mijn uiterste best doen haar zo snel mogelijk weer op de been te krijgen. Voor Ebel kook ik elke dag apart, hij zit nu al jaren op een aangepast dieet en dat doet hem veel goed. Laatst lieten we ons verleiden om hem snoepjes te geven. Na twee dagen werd hij heel druk en raar. Snoepjes weggegooid, rust keerde terug. In Nederland is de relatie tussen voedsel en gedrag toch nog een onontdekt gebied, links en rechts zie je er tegenwoordig wel eens wat over in de krant, maar dan nog steeds in een klein hoekje achterin. In Amerika ligt dat anders en Bob en ik hebben ons serieus over de vraag gebogen of we daar toch niet naar toe zullen gaan om alles te laten testen wat er te testen valt. We hebben dat al vaker gedaan, maar al onze plannen steeds weer in de koelkast gezet. Het gaat namelijk veel tijd en geld kosten, al hebben we dat voor ons onbetaalbare kind natuurlijk graag over. Gisteren heb ik de eerste oriënterende mailtjes naar de artsen uit Amerika gestuurd. De plannen zijn dus definitief uit de koelkast en staan nu in de oven. Ik ben heel benieuwd of daar een mooi gerezen en goed doorbakken plan uit gaat komen. Terug naar de realiteit van vandaag. Het laatste examen en dat gaan we vieren. We beginnen met een grote salade met vers brood dat ik met een laagje olijfolie en zout even onder de gril leg. Dan eten we rijst met een ragout van verse groene asperges en kip. We gaan dan over op Griekse yoghurt met granaatappelpitten en verse honing. Tot slot eten we een Wolkentaart, dat is en zo goed als kant en klaar product van dr. Oetker dat we laatst bij vrienden, ook al enthousiaste kokers en eters, kregen. Een aanrader, ook voor de mensen die liever niet in de keuken staan, want in vijf minuten heb je alles klaar en hoef je alleen nog maar te wachten op een luchtige taart met heerlijke citroensmaak. Zo vul ik mijn middag in de keuken,laat mijn gedachten af en toe dwalen naar Frances om haar geestelijk bij te staan en luister ik naar het gezang van Ebel die een hele week vrij is en boven achter de computer zit te zingen. En natuurlijk denk ik aan Robbert, die bijna vrij is en dan door de stromende regen naar huis moet fietsen. Ik hoop dat de Wolkentaart net op tijd klaar is om hem meteen bij de thee een groot stuk te geven. Vaak is het leven complex, zeker met een zoon als Ebel. Vaak kan ik dat het beste dragen door nog lichter te maken wat licht is en niet te veel te kijken naar wat zwaar is. Eigenlijk maak ik van ons hele leven gewoon een Wolkentaart. Hé Willemien, Eten?!? Hmmm, nu raak je een gevoelig onderwerp. Ik sta erom bekend dat ik altijd mijn picknickkleedje bij de hand heb. Dat kleedje staat bij mij voor een vreemd soort gevoel van vrijheid! Overal waar we dat neerleggen zijn we ‘thuis’….ons eigen plekje. Het kleedje is al héél oud en nog van Curaçao. Onze eigen vierkante meter gevuld met lekkere hapjes en een goede fles wijn én een fles sinas en wij zijn gelukkig. Uiteraard schijnt de zon daarbij, anders is picknickken niet leuk en uiteraard zijn we vrij en dus blij! Da’s allemaal nog niet zo gevoelig en ingewikkeld. Ingewikkeld werd het hier in huis een tijd geleden. Het was als een stiekeme naaktslak die ons huis was binnengekomen. Zo één waarvan je ’s-morgens alleen de sporen nog ziet…. Joris en ik zitten bij een arts in het ziekenhuis in Groningen. Joris moet geopereerd worden. De arts is enorm vriendelijk, weet dat hij met een rare snuiter van doen heeft en hij houdt daar rekening mee. “Voor dat je geopereerd gaat worden mag je niet eten”, zegt de arts nog onschuldig. Ik knik en begrijp het. Joris begrijpt het ook. Vóór de operatie dus niet eten. Met die woorden in zijn hoofd gaat Joris met me mee naar huis. Ik weet dan nog niet dat die woorden in zijn hoofd zitten. De operatie is gepland over 10 weken. Bijna 10 weken lang eet Joris bijna niets. Het duurde nog een hele tijd voordat ik erachter was waarom niet… Die ene zin van die aardige arts had indruk gemaakt! Dat is nu iets meer dan een jaar geleden. Maar eigenlijk heeft Joris altijd al moeite gehad met eten. Vanaf zijn geboorte en nu is hij veertien. Het dieptepunt was toen, een jaar geleden. Joris ontdekte toen ook dat ‘niet eten’ aandacht opleverde en effect had. Ik, eigenwijs als ik ben, heb daar zo mijn eigen mening over en handel, zoals bijna altijd, puur op intuitie. En het gaat goed nu. Nou ja, beter. Goed zal het nooit gaan. Wonderlijk, hij komt uit een gezin waar we allemaal zo gek zijn op lekkere hapjes, glaasjes wijn en picknickkleedjes…. Joris is ook mager, héél erg mager. Ook dat zijn niet onze genen. We waren deze week in het zwembad en ik zie die lange slungelbenen en armen heen en weer vliegen. Twee grote jongens maken geintjes met Joris in het bubbelbad en Joris vraagt of ze met hem op de glijbaan willen. Die stoere knullen zeggen “ja”en lopen met hem mee. Ik wil ze nog waarschuwen en zeg ze dat “het een bijzonder kind is” en lachend en zélfs een beetje spottend kijken ze me aan….”Haha, dat hadden we nog niet gemerkt mevrouw”… en ze lopen met Joris mee. Ik moet ineens enorm lachen. Ten eerste omdat ze me ‘mevrouw’ noemen, daar ben ik nog steeds niet aan gewend maar vooral omdat ze me even héél goed op mijn nummer zetten. Ik hoor Joris al gillen in die glijbaan en die slungelige magere benen komen uit die tunnel gevolgd door 4 stevige benen van die knullen….Ik grijns alleen maar. Gek, jij hebt het over dr Oetker en wolkentaarten, examens en Amerika. Mijn reactie is picknickkleedjes, dokters, zwembaden en glaasjes wijn. En weet je, tóch weet ik zeker dat jij precies begrijpt wat ik ermee bedoel! Eigenlijk is jouw wolkentaart mijn picknickkleedje. Misschien moeten we die twee eens combineren!?? Xx Es