Welkom op het blog van Moeders zonder Grenzen

Welkom op het blog van Moeders zonder Grenzen
TWEE RARE FAMILIES BIJ ELKAAR.....!!! WAT EEN FEEST.....

zondag 24 februari 2013

Stress en ergernis...maar óók geluk!

Ha Esther, Stress, ergernis, irritatie. Wat een nare woorden, vind je ook niet? En dat zijn ze ook, ze zijn niet alleen naar, maar ze zijn ook besmettelijk, bijna net zo erg als een verkoudenheid met vieze, groene snotneus. Voordat de vakantie begon, had ik last van die besmettelijke stress en ergernis. Ze kwamen met name op drie gebieden, in willekeurige volgorde, email, hond en zorgintensief kind en alles wat daar bij hoort. Bij het e mailen had ik een leuk plan opgestuurd, waar ik – tot op heden – niets van hoorde. Daar baalde ik van. Ik mailde ook met wat zakelijke dingen naar een collega die me nooit anders dan chagrijnig terug mailt, ze is druk, wat ik vraag kan niet, ze heeft nu geen tijd. Bah, die mailtjes van haar open ik soms eerst niet vanwege de hoogst besmettelijke stressfactor die ze bevatten. En dan de hond, je kent hem, onze brave Sam. Hij is wat vreemd, een beetje autistisch eigenlijk wel. Hij heeft maar èèn liefde en dat is zijn bal. Die werd afgepakt door een jonge hond en toen die dat een keer of drie keer had gedaan liet Sam eens flink zijn tanden zien. Sindsdien, het is echt al jaren geleden, verkondigt de baas van die hond nog steeds op hoge toon dat Sam vals is. Ik ontwijk hem altijd maar de laatste weken kwam ik hem weer tegen. Hij trekt dan zijn enorme hond ongelooflijk overdreven naar zich toe. Ik vind dat zo flauw! En dan de mensen die hier een eindje verderop wonen, die zijn helemaal vreselijk. Ze hebben overlast van poepende en pissende honden bij hun tuin en doen alsof Sam daar de hoofdschuldige zo niet de enige schuldige van is. Ik loop zelden of nooit langs hun huis omdat ik ze zo vervelend vind, maar vlak voor de vakantie liep ik er wel even en meteen begonnen ze te schreeuwen tegen Sam. Nu komt nog het gekste, ze hebben zelf een hond die ik laatst zeer uitgebreid bij hun huis zag pissen, maar daar zullen ze dan wel blind voor zijn. Ebel is achttien en dus verandert er heel wat. Ik moet zijn ziektekostenverzekering veranderen. Ik belde ze maar dan krijg ik een stem die me vertelt dat het zo druk is dat ze de verbinding gingen verbreken, en dat gebeurde me vier keer. Toen kreeg ik een brief dat ze Ebels verzekering niet meer konden veranderen omdat ik niet had gereageerd. Toen we dus naar Schier vertrokken, een week geleden, had ik nog allemaal vieze en kleverige stukjes stress op me plakken. Op de boot werd dat niet beter. Er zat een gezin naast ons vader en moeder met kinderen van een jaar of zes en acht. Ze keken allemaal onafgebroken op hun mobiel. De moeder stond op om drinken te halen, dat vond ik wel bijzonder, zou ze iedereen een appje gestuurd hebben om te vragen wat ze wilden.? Maar goed, de boot naar Schier vaart in een U bocht en Ebel wordt altijd zo blij als die bocht ingezet wordt, het gaat goed komen, we gaan er echt heen. Ook nu sprong hij als een blije kikker omhoog toen hij de boot voelde bewegen. ‘We gaan naar Huisje Klok,’juichte hij. ‘We komen er aan!’ De hele familie keek op van hun mobiel. Dat kon ik me nog wel even voorstellen. Maar ze keken niet meer terug, ze beleven naar Ebel kijken. Dit levende vermaak was toch nog even een heel stuk leuker dan een klein schermpje. Na twintig minuten voelde ik hun ongewenste aandacht als vies, dik slijm aan me plakken. Toen waren we op Schier. Het was donker, het was uitgestorven en het was koud, heel erg koud. Ik vroeg me af en toe af waarom we daar in vredesnaam zaten. Tot ik, na een dag of drie, in de kamer zat. De zon scheen naar binnen, Ebel maakte een kopje koffie voor me en Robbert lag nog te slapen onder en grote stapel van die oude wit-groene dekens. Ik zat daar en ik voelde me schoon, fris en leeg. De rest van de week hield ik dat vast. Zelfs toen een ouder echtpaar tegen Ebel schreeuwde omdat die niet snel genoeg aan de kant ging op het eenzame schelpenpaadje waar wij liepen en zij fietsten, kon ik er alleen maar en met smaak om lachen. Dat is altijd weer het wonder van de Wadden. De wind, de wolken, de zee en het zand schuren je schoon. Er is dan altijd een uitdaging en dat is dat gevoel vast te houden. Ik neem me steeds weer voor dat zo lang mogelijk te doen. Je herkent dit, als liefhebber van Vlieland, zee en strand, vast? Hoe houd jij de stress op een afstand?? Hé Willemien, De woorden stress, ergernis, irritatie,snot, chagrijnig en boos gonzen rond in je blog en ik zie ze niet eens. Ik zie Vlieland staan, ik lees strand en zee en je hebt mij onbedoeld gelijk blij gemaakt! Gek ben ik op die eilanden, die eilanden hier vlakbij maar óók op die eilanden ver weg. De zee is namelijk helend voor mij. En eilanden liggen toch vaak middenin de zee… Ik kan het niet verklaren en ik kan het al zeker niet onder woorden brengen maar de zee heeft mij al héél veel gegeven. Doe daar wat zon bij, een windje, een strand en een picknikkleedje en je kunt mij niet gelukkiger maken. Ideaal plaatje? Jazeker. Maar af en toe moet ik dat plaatje voor mijzelf wel creeeren anders hou óók ik het niet vol. Net als jij. Bij slecht weer leggen wij het picknikkleedje soms middenin de kamer, zélfs voor de open haard die dan lekker knettert. Mensen die me kennen weten het, dat kleedje is heel bijzonder voor mij en ik heb dat kleedje heel vaak bij me. Zo creeer ik vaak, middenin stress, ergernis, irritatie, snot en chagrijn tóch mijn eigen plekje geluk. Gek, als ik het zo opschrijf….”Mijn geluk zit in een kleedje.” Maar het zit ook in meer. Afgelopen zomer liep ik op Vlieland over het strand, alleen. Plotseling zie ik letters in het zand. Ik kijk nog eens goed en lees verder. Een heel gedicht komt er tevoorschijn. Op dat grote stille strand ben ik tot in mijn tenen gelukkig. Wat bijzonder en mooi is dat! Iedere morgen rijdt er een grote truck met banden vol poezie over het strand en zo laat hij zijn afdruk achter op het onbelopen zand. Mooier kan het bijna niet in mijn ogen… Het helende strand. Vanmorgen stond ik onder de douche. Beneden draait muziek en ik ruik vers gebakken cake-jes. Sophie is aan het bakken en ik zie, in gedachten, haar billen draaien op de maat van muziek terwijl ze druk in de weer is met beslag, eieren en meel. Cake-jes bakken is hier ‘een ding’. Wij bakken als troost, al 5 jaar lang. Helend bakken… Afgelopen vrijdag reden Joris en ik naar zijn logeeradres. De zon scheen prachtig over de weilanden en ‘zijn dorp’ lichtte helemaal op terwijl we er naar toe reden. Práchtig. Nog altijd breng ik mijn sticker, tegenwoordig de bijnaam van Joris, met gemengde gevoelens weg. Ik rijd terug, Sophie weer tegemoet en ik glimlach toch. Die weekendjes zonder Joris zijn van ons…..Helende weekenden. En zo kan ik nog wel even doorgaan. Muziek, een lekker glas wijn, de slappe lach met mijn tiener, dat strand, mooie gesprekken met vriendinnen, madeliefjes in het gras, lekkere luchtjes, mijn familie, leuke afspraakjes, dat picknikkleedje, schrijven, die rare zoon, zoenen, chocola, lopen door de versgevallen sneeuw, cake-jes bakken, die weekenden zonder sticker, mijn zus, een mooie film, de ochtendzon op het strand, 'mijn'stad Leiden, een mooi boek, mooie spreuken…. Moet ik doorgaan? Allemaal even helend voor mij. Dus ja, hoe hou ik de stress op een afstand? Zó dus. Maar weet je, ook mij lukt dat niet altijd en geluk vasthouden is moeilijk. Ook bij mij voeren die nare woorden soms de boventoon. Vaker dan ik zou willen zelfs. Maar ik doe mijn stinkende best. Ik doe mijn stinkende best om die helende dingen in mijn leven levend te houden. En dat lukt tot nu toe best aardig! En als het écht niet lukt, pak ik mijn picknikkleedje en ga er boven op zitten. Bovenop mijn eigen geluk…en dan komt het vast allemaal wel weer goed. Denk je ook niet?? Net als bij jou… XXX

zaterdag 2 februari 2013

Werken...enzo!

Ha Esther, Twee werkende moeders, zijn we, en dat maakt dat het bloggen moet gebeuren in losse minuten, overgebleven half uurtjes en lege momentjes. En die zijn er elke week te weinig! Toch dacht ik net, toen ik een vervelend stuk voor mijn werk moest gaan maken, ik ga eerst lekker met Esther bloggen! Je bent aan het werk en ik ben heel benieuwd. We hebben het best vaak over werk gehad, net als andere vrouwen met kinderen maken we die eeuwige spagaat tussen zorg voor de kinderen en je eigen leven. Bij ons is de weegschaal van zorg voor de kinderen, voor Ebel en Joris, zo vol dat die weegschaal eigenlijk altijd doorslaat. Toch heb ik het werk heel erg nodig. Ik heb een aantal jaren niet gewerkt, of maar heel weinig. Dat was geen vrije keuze, Ebel moest zo vaak naar het ziekenhuis dat het gewoon niet te combineren was. Uit wanhoop het ik toen ontslag genomen. ‘Heerlijk,’zeiden een paar mensen om me heen. ‘Geen stress en alle tijd voor je kinderen.’ Die hadden het allemaal niet zo goed begrepen. Ik vond het vreselijk. Ik ben in die tijd echt een stukje van mezelf kwijt geweest. Ik werk nu weer, part time en voor een salaris waar ik vijftien jaar geleden mijn neus voor zou hebben opgehaald. Maar het heeft me gebracht wat ik verloren was, een stukje van mezelf. Ik stap op mijn fiets, in de kleren die ik zorgvuldig van te voren heb klaargelegd, en ik fiets weg, naar mijn eigen leven. Op mijn werk ben ik Willemien, en niet ‘de moeder van…’ Mijn leerlingen vragen de gekste dingen; ’of ik nog een baby wil, waar ik mijn laarsjes heb gekocht, of ik denk dat deze trui me goed staan (met afkeurende blik).’ Ik heb soms gewoon de slappe lach, alsof ik even oud ben als zij. Er zijn ook dagen dat het niet gaat, dat ik me erger, dat het niet loopt, dat ik baal of moe ben en alleen maar naar huis wil. Ook dat is heerlijk, omdat ik altijd weer naar huis kan en lekker moeder kan zijn. Ik ben met iemand anders bezig met een voorlichtingstraject. Een van de aandachtspunten is dat ouders, met name moeders, van zorgintensieve kinderen, vaak hun baan opgeven. De combinatie is te zwaar. Daar moeten ouders beter in begeleid worden, zodat ze die keuze niet zo zwart wit gaan maken, is een van de stelregels. Juist ouders die met zorgintensiviteit leven, hebben een stukje eigen leven heel hard nodig. Toen dit zo gezegd was, keek de spreker rond of iedereen het daarmee eens was. Ik knikte zo hard dat ik bijna last van mijn nek kreeg. Als ik een ‘big black mama’ in Amerika zou zijn, had ik ‘Halleluja en Amen,’ geroepen. Ik moet stoppen met dit blog en weer aan het werk. Zo is het dan ook weer. En jij, ben je druk en bevalt het werk je goed? Ben je het eens met de stelling: zonder werk een minder volledig mens? Ik ben, zoals altijd, benieuwd naar jouw kijk op de zaak!
Hé Willemien, Ha, een gevoelig onderwerp. Daar hou ik van. Of ik het eens ben met de stelling: zonder werk een minder volledig mens. Nou, daar kan ik heel kort op antwoorden. Ik begrijp exact wat je ermee wilt zeggen maar ik ben het er hardgrondig mee oneens! Maar misschien moeten we dan eigenlijk eerst eens definieren wat we onder werken verstaan? Bedoel jij nuttig bezig zijn in de maatschappij, opvang bieden daar waar nodig, mooie dingen creeeren, ontmoetingen regelen, creatief zijn, betrokken, (vrijwillig) heel veel zinvolle dingen doen en maken, opvoeden, boeken schrijven, verbindingen maken, iets betekenen voor een ander, een huishouden runnen, een zorgintensief kind opvoeden, lezingen geven en ‘er zijn’…en dat allemaal alleen… Tsja, da’s dan een ander verhaal. Dan ben ik het helemaal met je eens. Als je die dingen allemaal werk noemt dan geloof ik met heel mijn hart dat ik een minder volledig mens zou zijn als ik ze niet kon doen. Ik geloof echter dat jij iets anders wilt zeggen. Jij heb het over een betaalde baan, waar iedere maand een x-bedrag voor op je rekening wordt gestort en waar je gas, licht, hypoteek en elektra van moet betalen. Overigens niet onbelangrijk. Dát werk bedoel jij…. Nou, dat werk heb ik jaren niet gehad. Tot het moment dat Joris werd geboren heb ik altijd full-time gewerkt. Toen werd het part-time en toen Sophie werd geboren had ik nog maar een halve baan. En toen ineens niets meer. Dat was een redelijke bewuste keuze. Maar het was ook een gevolg van allerlei omstandigheden. Nou ja, niets meer...? Ik bedoel geen betaald werk. Ik zorgde. Voor Joris, dat was de grootste job, voor Sophie en voor de goede vrede. Ik vond dat nogal een klus. Die ik gratis deed. En ik deed nog meer. Ik had een winkel, schreef boeken en deed van alles er nog bij maar ik verdiende er geen drol mee. Maar dat ik toen géén volledig mens was??? Nee, dat idee heb ik nooit gehad. Anderen wel denk ik. Maar dat was je vraag niet… En nu, nu ineens behoor ik ook weer tot die werkende meute. De groep waar jij het denk ik over hebt. En voel ik me nu vollediger? Nee, want ik moet me werkelijk in allerlei bochten wringen en voel me nu soms juist bijna minder volledig dan toen…zonder dat betaalde werk. Die spagaat vind ik enorm ingewikkeld, het moederlijke schuldgevoel soms gewoon heel lastig en zo lenig, voor die spagaat, ben ik gewoon niet. En ja, ook ik werk voor een schijntje in vergelijking tot wat ik werkelijk zou moeten verdienen. Ik werk ineens weer twee-en-dertig-uren, in één week. Van mijzelf volledig voelen naar bijna volledig werken en worstelen. In dat stadium zit ik nu een beetje. Ik vind het zwaar. Maar het moest. En daar wil ik het verder niet over hebben al raken we nu juist daar wél de kern van je verhaal. Maar goed, ik snap je! Echt wel. Ik rijd ’s-morgens naar ‘kantoor’, de zon schijnt over de weilanden en ik rij letterlijk weg uit ‘de zorg’. Mijn autoradio speelt heerlijke deuntjes en tegen de tijd dat ik aankom ben ik weer ‘gewoon Esther’. Ik ontmoet nieuwe mensen, doe fantastisch leuke dingen en heb het heel, héél erg getroffen op de plek waar ik nu zit. Maar écht Willemien, we hebben elkaar eerlijkheid beloofd. Een volledig mens ben ik pas écht als mijn kinderen gelukkig zijn, als ik met ze meehuppel door het leven en als ik lieve mensen om me heen heb. En weet je, die heb ik. Die had ik en ik hoop dat ik ze ook zal blijven houden. Eigenlijk was ik immers altijd al een flexwerker op een flexplek. Zonder salaris, dat wel en dan dus eigenlijk niet volledig. Dus ja, werken is belangrijk, het is leuk en geeft écht héél veel. Maar wat is werken eigenlijk? Dat vind ik er ook wel één om eens goed over na te denken voordat ik je eigenlijk écht een eerlijk antwoord kan geven… Moet nu gaan! Heb ook nog werk te doen. Liggen namelijk nog drie stapels wasgoed op me te wachten! ;) X Esther